Om ervoor te zorgen dat de digitale les didactisch verantwoord blijft, is het van belang om een camera en microfoon te gebruiken. Het is daarom en voor je aanwezigheidsregistratie van belang dat de camera te allen tijde aanstaat. Je microfoon kun je gebruiken als je een vraag wil stellen aan de docent.

Benadering van alledaagse klachten: koorts zonder focus is een bijscholing westers medische geneeskunde in een cyclus over diverse alledaagse klachten en symptomen, waarmee een patiënt zich presenteert in de praktijk van een praktiserend therapeut complementaire/Chinese geneeskunde.

Deze bijscholing is gericht op studenten en therapeuten, die een voltooide vooropleiding Medische Basis Kennis (MBK) op minimaal CPION-geaccrediteerd niveau afgerond hebben. Naast CPION-accreditatie MBK bieden ook vergelijkbare westerse vooropleidingen vanuit verpleegkunde, fysiotherapie, psychiatrie etc. voldoende basis voor deelname aan deze praktische bijscholing.

In deze praktijkgerichte bijscholing wordt in tegenstelling tot de bestaande vooropleidingen MBK niet vanuit de ziekte maar vanuit de presentatie van de klacht van de patiënt geredeneerd en een kader geschapen om de klacht naar zijn waarde en mogelijkheden in te schatten. Er wordt geoefend met de koppeling van een palet van ziekteoorzaken aan een klacht . Dit gebeurt op basis van (herhaling van) bestaande voorkennis van de westerse geneeskunde, een doelgerichte anamnese en functioneel onderzoek van de patiënt, en praktijkvoorbeelden vanuit de huisartsengeneeskunde. Na afloop van de bijscholing beschikt de deelnemer over een hiërarchisch kader om een ogenschijnlijk banale klacht als koorts met vertrouwen volgens criteria van de westerse geneeskunde te beoordelen en te beslissen of deze klacht geschikt is voor behandeling binnen de eigen praktijk of niet.

Deze interactieve bijscholing westerse geneeskunde werkt vanuit de basis omhoog. De klacht en de presentatie van de patiënt staan centraal. Bestaande kennis over oorzaken van koorts worden gekoppeld aan epidemiologie en praktijk van alledag. Diverse casussen worden voorgelegd en door de deelnemers in groepsverband uitgewerkt en centraal besproken. Er wordt geoefend met kennis in epidemiologie, westerse ziekteleer, differentiaal diagnose en westerse anamnese (het stellen van schematisch gerichte vragen aan patiënt om mogelijke oorzaak/oorzaken van klacht te achterhalen).
Door oefening van praktijkvoorbeelden vanuit de huisartsengeneeskunde bouwt de deelnemer vertrouwen op om zijn theoretische voorkennis te durven toepassen in zijn eigen praktijk. Tevens helpt deze bijscholing in confrontatie met de klacht om het pluis/niet-pluis gevoel van de therapeut aan te scherpen.

Rolf Eussen (1959) is in 1984 als arts afgestuurd aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Hierna is hij werkzaam geweest in Duitsland in een kliniek voor Angiologie en Dermatologie. Via research en development van dermatologica en virusstatica binnen de farmaceutische industrie verlegde hij zijn werkzaamheden naar een privékliniek in Amsterdam, waar hij zich toelegde op de complementaire geneeskunde. Hiervoor studeerde hij orthomoleculaire geneeskunde en vervolmaakte de acupunctuuropleiding van de NAAV in 1999. Sindsdien geeft hij onderwijs aan diverse opleidingen in complementaire geneeskunde. Hiervoor verwierf hij in 2006 het diploma didactiek voor gezondheidswetenschappen aan de VU in Amsterdam. Sinds 2003 is hij docent westerse geneeskunde bij de Qing Bai en heeft in 2015 de accreditatie voor het CPION verzorgt.